Hetzelfde als het verhaal wat ik hier met je deel, afkomstig van een vriend.
“Een jong jongetje dat vlak bij mijn vriend in Boston woonde toen hij opgroeide was ernstig beperkt.
Hij kon niet lopen. Brabbelde slechts als hij probeerde te praten. Kon niet naar school gaan met de andere kinderen uit de buurt.
Mijn vriend zag hem iedere dag achter zijn raam kijken naar de kinderen uit de buurt die op hun fiets heen en weer reden.
Op een dag verscheen de vader van het jongetje op het trottoir met een gekke fiets. Met zijwieltjes zowel van voor als van achter.
Het leek wel of een olifant op die fiets met 6 wielen kon rijden, zonder er ooit van af te kunnen vallen.
Terwijl mijn vriend toekeek van achter zijn raam, zag hij dat de vader het jongentje naar buiten droeg en hem op het gevaarte plaatste.
Daarna ging de vader weer naar binnen.
Het kind begon te trappen en binnen een minuut tipte het fietsje over.
Mijn vriend zag zijn vader toekijken vanachter het raam.
En het jongetje zag dat ook.
Zijn vader keek toe terwijl hij daar lag maar deed niets. Uiteindelijk hees het jongetje zich weer op.
Toen fietsje hij ongeveer 5 meter en viel naar de andere kant. Weer bleef de vader slechts toekijken.
Wekenlang bleef het kind maar proberen en vallen, en de vader stak geen vinger uit.
Mijn vriend klaagde bij zijn moeder, maar die vertelde hem dat hij zich met zijn eigen zaken moest bemoeien.
Maar dat kon hij niet. Het drama was te erg.
Op een bepaalde zaterdag morgen viel het jongetje van het trottoir midden op straat.
Mijn vriend kon het niet langer aanzien en rende naar hem toe.
Maar toen hij valk bij hem was, maakte het kind met armgebaren duidelijk dat hij weg moest gaan.
Toen klopte zijn vader op het raam en geduide met zijn vinger dat mijn vriend weg moest gaan.
Er van overtuigd dat die vader één of ander monster was, liet mijn vriend het jongetje maar achter- die zichzelf op probeerde te tillen – en rende terug naar huis.
Toen, enkele dagen later, was het kind weer buiten. Hij viel, hees zich weer op. En opnieuw.
Maar toen, plots, toen rolde hij naar voren! Het lukte hem om ongeveer 20 meter te fietsen….
En keerde vervolgens zelfs zijn fiets. En hij reed helemaal terug zonder te vallen!
Mijn vriend keek toe en zag de vader met een brede grijns op zijn gezicht terwijl hij naar zijn zoon keek.
Mijn vriend keek naar de jongen, die ook gebaarde naar zijn vader.
Toen begonnen ze beiden te lachen en wild te gebaren naar elkaar.
En mijn vriend moest huilen. Eindelijk had hij het door.
Ze wisten beiden dat de jongen zelf op de fiets moest klimmen om de uitdaging te overwinnen.
Hij diende zelf de drijvende kracht te zijn achter zijn groeiproces, zelf actief te zijn om dat in gang te zetten en te volbrengen.
Wanneer zijn vader het voor hem had gedaan, zou de jongen zich geen held hebben gevoeld.
En uitsluitend wanneer hij een held was zou deze overwinning hem bekrachtigen.
Om ook de andere onvermijdelijke en monumentale uitdagingen te trotseren in zijn verdere leven.
Het enige dat beter was dan de held te zijn van zijn eigen verhaal was de held te zijn van zijn eigen leven.
En mijn vriend leerde die dag hoe nauw die twee aan elkaar verwant zijn.“
Als je last hebt van Trichotillomanie lijkt het vaak onmogelijk om hier uit te komen.
Want hoe neem je bewust controle over de drang tot trekken die vaak onbewust opbouwt?
Laat onsje helpen te leren ‘fietsen op weg naar vrijheid van dit gedrag’. Met dezelfde liefde als die vader.
Vanuit liefde en je het allerbeste toewensend,
Rik